Meedoen in de samenleving

Ambitie

In de Deventer samenleving doet iedereen mee. Zoveel mogelijk op eigen kracht, waar nodig met ondersteuning van het sociaal netwerk. Mensen die het niet op eigen kracht redden, kunnen blijven rekenen op onze ondersteuning bij het opgroeien, het vinden van een goede onderwijsplek, het krijgen van zorg, en het meedoen in de samenleving, waar mogelijk via werk.

De wereld om ons heen verandert snel. We hebben te maken met werkloosheid, hogere kosten voor levensonderhoud, afkalvende voorzieningen, (al dan niet stille) armoede. Dat vraagt van de gemeente misschien wel meer dan voorheen dat we een duidelijk sociaal beleid voeren. Het tegengaan van maatschappelijke uitsluiting en het stimuleren van meedoen hebben hierbij een hoge prioriteit. Dat is meer dan alleen het bevorderen van actief en democratisch burgerschap. Het betekent vooral recht doen aan mogelijkheden van mensen zelf om zelfstandig duurzaam mee te kunnen doen in onze samenleving. Hierbij moet iedereen zich geaccepteerd kunnen voelen in de open en tolerante samenleving die we willen zijn.

Volwaardig burgerschap vraagt van de burgers dat ze meedoen om de eigen kennis en vaardigheden te kunnen oefenen en verbeteren en om nieuwsgierigheid aan te moedigen. Werk is daarbij belangrijk. In de vorm van betaalde arbeid, maar ook van vrijwilligerswerk in de eigen ‘samenleving’: de buurt. Dát bevordert de maatschappelijke binding van mensen. Van de gemeente vraagt dit dat ze bewoners zoveel mogelijk in staat stelt om inderdaad deel te nemen aan de samenleving, via werk en/of via activiteiten in straten en buurten. Daarvoor is het nodig om het potentieel aan vaardigheden en capaciteiten van burgers aan te spreken. Ze moeten ook de kansen krijgen om die competenties verder te ontwikkelen. Gemeente Deventer wil dit stimuleren met flankerend en voorwaardenscheppend beleid en werkt daarbij samen met alle denkbare partners, van bedrijfsleven tot welzijnsorganisaties.

Effecten

  • Er doen meer mensen mee aan de Deventer samenleving.
  • Mensen maken meer gebruik van eigen kracht en die van hun omgeving.
  • Zorg en voorzieningen landen daar waar dit het hardst nodig is.
  • Het aantal voortijdig schoolverlaters wordt verder teruggebracht.

Gerealiseerd in 2015

Na de invoering per 1 januari 2015 van de nieuwe Jeugdwet, Wmo en Participatiewet is de gemeente verantwoordelijk geworden voor bijna de gehele maatschappelijke ondersteuning aan inwoners, kinderen en jongeren, volwassenen en ouderen. Vanwege de getroffen voorbereidingen in 2014 en de laatste afronding van de implementatiefase begin 2015 hebben we de uitvoering van de nieuwe taken in het sociale domein samen met onze maatschappelijke partners in de stad volbracht. We hebben in 2015 intern onderzoek laten doen naar de uitvoering van deze nieuwe taken. Daaruit kwam naar voren dat de dienstverlening zichtbaar proactief is opgepakt. Met bewoners worden gesprekken gevoerd over het verbeteren van hun situatie, deelnemen aan de samenleving en het ontwikkelen van hun eigen kracht. Dit leidt nu tot gedragen plannen en een praktische aanpak.

De geconstateerde verbeterpunten en kansen zijn in 2015 opgepakt of maken deel uit van de Transformatieagenda die college en raad de komende jaren samen met partners in de stad gaan uitvoeren. Tevens is in 2015 een 0-meting en 1e meting opgeleverd van de Monitor Sociaal Domein. De raad heeft hiervoor de indicatoren vastgesteld. Met behulp van dit meetinstrument volgen we de ontwikkelingen op het terrein van Jeugd, Wmo/AWBZ en Participatie. In 2015 is een prognose opgesteld van de meerjarige inkomsten en uitgaven.

Er zijn beheersmaatregelen getroffen om de risico’s te beheersen en om er de komende jaren voor te zorgen dat de nieuwe taken in het sociaal domein budget-neutraal worden uitgevoerd. De resultaten van de producten (Wmo, beschermd wonen & jeugd) zijn in 2015 geëgaliseerd met de reserve decentralisaties.